Von dem Buch De Glorie van Nederland haben wir 2 gleiche oder sehr ähnliche Ausgaben identifiziert!
Falls Sie nur an einem bestimmten Exempar interessiert sind, können Sie aus der folgenden Liste jenes wählen, an dem Sie interessiert sind:
100%: Prof. Dr. J.J.M. Timmers: De Glorie van Nederland (ISBN: 9789051211436) Tirion Uitgevers, in Holländisch.Nur diese Ausgabe anzeigen…
100%: Timmers, J. J. M.: De Glorie van Nederland. (ISBN: 9789010011107) 1972, in Holländisch, Band: 4382, Broschiert.
Nur diese Ausgabe anzeigen…
Nur diese Ausgabe anzeigen…
De Glorie van Nederland - 8 Angebote vergleichen
Bester Preis: € 17,95 (vom 29.02.2024)1
De Glorie van Nederland
NL NWISBN: 9789051211436 bzw. 9051211430, in Holländisch, Tirion Uitgevers, neu.
Lieferung aus: Niederlande, 1, Versandkostenfrei.
De Glorie van Nederland De Glorie van Nederland. Dit boek is een leidraad door het verleden, en biedt een uitgebreid overzicht van de beschaving, zoals zij zich, vanaf het prille begin tot op de dag van heden, op velerlei wijze zich in Nederland heeft voorgedaan. Daarbij staat centraal het leven van de mens in de loop der eeuwen en de kunst in haar diverse schakeringen, die immers de bloesem is der beschaving. De architectuur en de beeldende kunst vormen het decor waarvoor het toneel der eeuwen zich afspeelt, en het is de mens die de boeiende hoofdrolspeler is in het drama der geschiedenis. , Physical, Bindwijze overig.
De Glorie van Nederland De Glorie van Nederland. Dit boek is een leidraad door het verleden, en biedt een uitgebreid overzicht van de beschaving, zoals zij zich, vanaf het prille begin tot op de dag van heden, op velerlei wijze zich in Nederland heeft voorgedaan. Daarbij staat centraal het leven van de mens in de loop der eeuwen en de kunst in haar diverse schakeringen, die immers de bloesem is der beschaving. De architectuur en de beeldende kunst vormen het decor waarvoor het toneel der eeuwen zich afspeelt, en het is de mens die de boeiende hoofdrolspeler is in het drama der geschiedenis. , Physical, Bindwijze overig.
2
De Glorie van Nederland. (1972)
~NL USISBN: 9010011100 bzw. 9789010011107, Band: 4382, vermutlich in Holländisch, Elsevier Nederland, Amsterdam 1972. gebraucht.
Von Händler/Antiquariat, Antiquariat Knacke Jürgen Bruns, 10961 Berlin.
Leineneinband 4;; 382 Seiten; Illustration auf Buchdeckel, - Een klein hoekje van noordwestelijk Europa, in de drassige delta van Rijn en Maas, met moeite tegen het steeds dreigende water verdedigd, gedeeltelijk zelfs op dat water veroverd en met dijken beschut : dat is Nederland. Een land met een eigen schoonheid die artiesten op alle gebieden van de kunst telkens weer heeft weten te bekoren, een land ook, dat blijkbaar een milde voedingsbodem aan alle uitingen van de schoonheid wist te bieden. Er zijn immers weinig plekken in de westelijke wereld waar in de loop van de eeuwen de kunst zozeer en zo bij voortduring heeft gebloeid als juist hier. Men roemt de zeventiende eeuw van de Nederlanden als de `Gouden Eeuw, maar is het in feite niet zo dat diezelfde Nederlanden niet één, maar zelfs drie Gouden Eeuwen hebben gekend ? De eerste in het Maasgebied, waar tussen de jaren 11 (Do en I225 de romaanse kunst opbloeide tot volle hoogte en onvergelijkelijke rijkdom op alle terreinen : bouw- en beeldhouwkunst, de kunst van het metaal, letterkunde en boekverluchting. De tweede, in de late veertiende en de vijftiende eeuw, toen het grootste deel van de Nederlanden voor het eerst een eenheid vormde onder het oppergezag van de Bourgondische vorsten en allerwegen en opnieuw op alle gebieden van de kunst hoge toppen werden bereikt : gotische kerken verrezen in de steden en op het land, torens en raadhuizen werden gebouwd, de schilder- en de beeldhouwkunst kwamen tot ongekende rijkdom, dichtkunst en muziek bleven daarbij niet achter. De derde was dan de Gouden Eeuw van Rembrandt en Vermeer, van Hooft en Vondel, van Hendrick de Keyser en Jacob van Campen, van Hugo de Groot en Spinoza, van Frederik Hendrik en Johan de Witt en van zo vele, vele anderen. Het is verbluffend waar te nemen hoe in zo korte tijd zoveel schoons, edels en diep-:innigs wordt geproduceerd als gedurende die eerste vijfenzeventig jaren van de zeventiende eeuw. Wij begrijpen de cultuur van een tijdperk het beste, als wij trachten de mens van die period... Leinen, 12, 2016-10-21.
Leineneinband 4;; 382 Seiten; Illustration auf Buchdeckel, - Een klein hoekje van noordwestelijk Europa, in de drassige delta van Rijn en Maas, met moeite tegen het steeds dreigende water verdedigd, gedeeltelijk zelfs op dat water veroverd en met dijken beschut : dat is Nederland. Een land met een eigen schoonheid die artiesten op alle gebieden van de kunst telkens weer heeft weten te bekoren, een land ook, dat blijkbaar een milde voedingsbodem aan alle uitingen van de schoonheid wist te bieden. Er zijn immers weinig plekken in de westelijke wereld waar in de loop van de eeuwen de kunst zozeer en zo bij voortduring heeft gebloeid als juist hier. Men roemt de zeventiende eeuw van de Nederlanden als de `Gouden Eeuw, maar is het in feite niet zo dat diezelfde Nederlanden niet één, maar zelfs drie Gouden Eeuwen hebben gekend ? De eerste in het Maasgebied, waar tussen de jaren 11 (Do en I225 de romaanse kunst opbloeide tot volle hoogte en onvergelijkelijke rijkdom op alle terreinen : bouw- en beeldhouwkunst, de kunst van het metaal, letterkunde en boekverluchting. De tweede, in de late veertiende en de vijftiende eeuw, toen het grootste deel van de Nederlanden voor het eerst een eenheid vormde onder het oppergezag van de Bourgondische vorsten en allerwegen en opnieuw op alle gebieden van de kunst hoge toppen werden bereikt : gotische kerken verrezen in de steden en op het land, torens en raadhuizen werden gebouwd, de schilder- en de beeldhouwkunst kwamen tot ongekende rijkdom, dichtkunst en muziek bleven daarbij niet achter. De derde was dan de Gouden Eeuw van Rembrandt en Vermeer, van Hooft en Vondel, van Hendrick de Keyser en Jacob van Campen, van Hugo de Groot en Spinoza, van Frederik Hendrik en Johan de Witt en van zo vele, vele anderen. Het is verbluffend waar te nemen hoe in zo korte tijd zoveel schoons, edels en diep-:innigs wordt geproduceerd als gedurende die eerste vijfenzeventig jaren van de zeventiende eeuw. Wij begrijpen de cultuur van een tijdperk het beste, als wij trachten de mens van die period... Leinen, 12, 2016-10-21.
3
De Glorie van Nederland. (1972)
~NLISBN: 9789010011107 bzw. 9010011100, Band: 4382, vermutlich in Holländisch, Elsevier Nederland, Amsterdam.
Von Händler/Antiquariat, Antiquariat Knacke [52803840], Berlin, Germany.
Sprache: Deutsch Leineneinband 4;; 382 Seiten; Illustration auf Buchdeckel, - Een klein hoekje van noordwestelijk Europa, in de drassige delta van Rijn en Maas, met moeite tegen het steeds dreigende water verdedigd, gedeeltelijk zelfs op dat water veroverd en met dijken beschut : dat is Nederland. Een land met een eigen schoonheid die artiesten op alle gebieden van de kunst telkens weer heeft weten te bekoren, een land ook, dat blijkbaar een milde voedingsbodem aan alle uitingen van de schoonheid wist te bieden. Er zijn immers weinig plekken in de westelijke wereld waar in de loop van de eeuwen de kunst zozeer en zo bij voortduring heeft gebloeid als juist hier. Men roemt de zeventiende eeuw van de Nederlanden als de `Gouden Eeuw, maar is het in feite niet zo dat diezelfde Nederlanden niet één, maar zelfs drie Gouden Eeuwen hebben gekend ? De eerste in het Maasgebied, waar tussen de jaren 11 (Do en I225 de romaanse kunst opbloeide tot volle hoogte en onvergelijkelijke rijkdom op alle terreinen : bouw- en beeldhouwkunst, de kunst van het metaal, letterkunde en boekverluchting. De tweede, in de late veertiende en de vijftiende eeuw, toen het grootste deel van de Nederlanden voor het eerst een eenheid vormde onder het oppergezag van de Bourgondische vorsten en allerwegen en opnieuw op alle gebieden van de kunst hoge toppen werden bereikt : gotische kerken verrezen in de steden en op het land, torens en raadhuizen werden gebouwd, de schilder- en de beeldhouwkunst kwamen tot ongekende rijkdom, dichtkunst en muziek bleven daarbij niet achter. De derde was dan de Gouden Eeuw van Rembrandt en Vermeer, van Hooft en Vondel, van Hendrick de Keyser en Jacob van Campen, van Hugo de Groot en Spinoza, van Frederik Hendrik en Johan de Witt en van zo vele, vele anderen. Het is verbluffend waar te nemen hoe in zo korte tijd zoveel schoons, edels en diep-:innigs wordt geproduceerd als gedurende die eerste vijfenzeventig jaren van de zeventiende eeuw. Wij begrijpen de cultuur van een tijdperk het beste, als wij trachten de mens van die period.
Sprache: Deutsch Leineneinband 4;; 382 Seiten; Illustration auf Buchdeckel, - Een klein hoekje van noordwestelijk Europa, in de drassige delta van Rijn en Maas, met moeite tegen het steeds dreigende water verdedigd, gedeeltelijk zelfs op dat water veroverd en met dijken beschut : dat is Nederland. Een land met een eigen schoonheid die artiesten op alle gebieden van de kunst telkens weer heeft weten te bekoren, een land ook, dat blijkbaar een milde voedingsbodem aan alle uitingen van de schoonheid wist te bieden. Er zijn immers weinig plekken in de westelijke wereld waar in de loop van de eeuwen de kunst zozeer en zo bij voortduring heeft gebloeid als juist hier. Men roemt de zeventiende eeuw van de Nederlanden als de `Gouden Eeuw, maar is het in feite niet zo dat diezelfde Nederlanden niet één, maar zelfs drie Gouden Eeuwen hebben gekend ? De eerste in het Maasgebied, waar tussen de jaren 11 (Do en I225 de romaanse kunst opbloeide tot volle hoogte en onvergelijkelijke rijkdom op alle terreinen : bouw- en beeldhouwkunst, de kunst van het metaal, letterkunde en boekverluchting. De tweede, in de late veertiende en de vijftiende eeuw, toen het grootste deel van de Nederlanden voor het eerst een eenheid vormde onder het oppergezag van de Bourgondische vorsten en allerwegen en opnieuw op alle gebieden van de kunst hoge toppen werden bereikt : gotische kerken verrezen in de steden en op het land, torens en raadhuizen werden gebouwd, de schilder- en de beeldhouwkunst kwamen tot ongekende rijkdom, dichtkunst en muziek bleven daarbij niet achter. De derde was dan de Gouden Eeuw van Rembrandt en Vermeer, van Hooft en Vondel, van Hendrick de Keyser en Jacob van Campen, van Hugo de Groot en Spinoza, van Frederik Hendrik en Johan de Witt en van zo vele, vele anderen. Het is verbluffend waar te nemen hoe in zo korte tijd zoveel schoons, edels en diep-:innigs wordt geproduceerd als gedurende die eerste vijfenzeventig jaren van de zeventiende eeuw. Wij begrijpen de cultuur van een tijdperk het beste, als wij trachten de mens van die period.
Lade…