God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950
6 Angebote vergleichen

Bester Preis: 12,50 (vom 26.03.2017)
1
9789055735327 - A.J. Donckers: God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950
A.J. Donckers

God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950 (2005)

Lieferung erfolgt aus/von: Niederlande NL HC US

ISBN: 9789055735327 bzw. 9055735329, in Holländisch, Damon, gebundenes Buch, gebraucht.

Lieferung aus: Niederlande, 1 - 8 dagen.
Marian Meijerink.
Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens N... Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens Nederlands model - een bescheiden organisatie voor de geestelijke verzorging in de kolonie: er was nu sprake van priesters die als aalmoezeniers een vaste dienstbetrekking bij het leger hadden. In de periode 1946-1950 bestond er in Indië zelfs een volledig uitgebouwde aalmoezeniersorganisatie onder leiding van een - gedelegeerde - hoofdaalmoezenier. Uit talloze publicaties blijkt dat het leger in de periode 1807-1942 en vervolgens in de periode 1945-1949 voor de politiek een instrument vormde dat van cruciaal belang is geweest voor de vestiging en handhaving van het Nederlands gezag in de kolonie. Uitvoerig wordt in de krijgsgeschiedenis verslag gedaan van de expedities en oorlogen tot en met de beide Politionele Acties tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Onze koloniale geschiedenis bestaat dan ook voor een belangrijk deel uit een "histoire de bataille". Een thema waaraan echter tot op heden nauwelijks of geen aandacht is besteed, is de geestelijke verzorging bij het leger in de kolonie. Dit is daarom zo merkwaardig, omdat de soldatenpastoors en later de legeraalmoezeniers ten nauwste verbonden waren met het leger in Indië, eerst alleen met het Koninklijk Nederlands Indisch leger (KNIL) en vanaf 1945 ook met de Koninklijke Landmacht (KL). Zowel door het leger als door de politiek zijn deze priesters om hun inzet voor het welzijn van de militair als mens meermalen geprezen. Ook is vaak onderstreept hoe belangrijk het werk van deze priesters voor het functioneren van het leger als zodanig is geweest. In dit boek staan de aalmoezeniers en het pastoraat centraal. Zichtbaar wordt gemaakt hoe zich vanuit het traditionele territoriale pastoraat een nieuw, categoriaal type van pastoraat ontwikkelde, dat afgestemd was op de behoeften van de doelgroep: de katholieke militairen, levend in een koloniale context. Die context was voor alle betrokkenen bijna continu bedreigend: tijdens de Java-oorlog (1825-1830), bij de talrijke expedities in de negentiende eeuw, gedurende de Atjeh-oorlog (1873-1903), tijdens de krijgsgevangenschap (1942-1945) en tijdens de onafhankelijkheidsoorlog (1945-1950) bleek dat de confrontatie met geweld en het zelf moeten toepassen van geweld aanleiding gaf tot zingevingsvragen. In die omstandigheden deden veel militairen, katholiek en niet-katholiek, een beroep op hun geestelijke verzorgers. Die losten hun problemen weliswaar niet op, maar droegen er in hoge mate toe bij dat de betrokken militairen als mens staande konden blijven. De meeste, veelal jonge aalmoezeniers hebben zich snel aan de omstandigheden weten aan te passen. Daardoor zijn zij in staat geweest aan de verwachtingen die de militairen van hen hadden te beantwoorden. Een gevolg daarvan was, dat veel militairen hun aalmoezenier vooral als een zielzorgende kameraad zijn gaan zien. Dat die kameraad in geestelijk én militair opzicht hun meerdere was, heeft daaraan niets afgedaan.Soort: Met illustraties;Taal: Nederlands;Aantal delen: 12;Afmetingen: 250x252x171 mm;Gewicht: 1,15 kg;Verschijningsdatum: maart 2005;Druk: 1;ISBN10: 9055735329;ISBN13: 9789055735327; Nederlandstalig | Hardcover | 2005.
2
9789055735327 - A.J. Donckers: God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950
A.J. Donckers

God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950 (2005)

Lieferung erfolgt aus/von: Niederlande NL HC US

ISBN: 9789055735327 bzw. 9055735329, in Holländisch, Damon, gebundenes Buch, gebraucht, mit Einband.

Lieferung aus: Niederlande, 1 - 2 weken.
Emile Kerssemakers.
Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens N... Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens Nederlands model - een bescheiden organisatie voor de geestelijke verzorging in de kolonie: er was nu sprake van priesters die als aalmoezeniers een vaste dienstbetrekking bij het leger hadden. In de periode 1946-1950 bestond er in Indië zelfs een volledig uitgebouwde aalmoezeniersorganisatie onder leiding van een - gedelegeerde - hoofdaalmoezenier. Uit talloze publicaties blijkt dat het leger in de periode 1807-1942 en vervolgens in de periode 1945-1949 voor de politiek een instrument vormde dat van cruciaal belang is geweest voor de vestiging en handhaving van het Nederlands gezag in de kolonie. Uitvoerig wordt in de krijgsgeschiedenis verslag gedaan van de expedities en oorlogen tot en met de beide Politionele Acties tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Onze koloniale geschiedenis bestaat dan ook voor een belangrijk deel uit een "histoire de bataille". Een thema waaraan echter tot op heden nauwelijks of geen aandacht is besteed, is de geestelijke verzorging bij het leger in de kolonie. Dit is daarom zo merkwaardig, omdat de soldatenpastoors en later de legeraalmoezeniers ten nauwste verbonden waren met het leger in Indië, eerst alleen met het Koninklijk Nederlands Indisch leger (KNIL) en vanaf 1945 ook met de Koninklijke Landmacht (KL). Zowel door het leger als door de politiek zijn deze priesters om hun inzet voor het welzijn van de militair als mens meermalen geprezen. Ook is vaak onderstreept hoe belangrijk het werk van deze priesters voor het functioneren van het leger als zodanig is geweest. In dit boek staan de aalmoezeniers en het pastoraat centraal. Zichtbaar wordt gemaakt hoe zich vanuit het traditionele territoriale pastoraat een nieuw, categoriaal type van pastoraat ontwikkelde, dat afgestemd was op de behoeften van de doelgroep: de katholieke militairen, levend in een koloniale context. Die context was voor alle betrokkenen bijna continu bedreigend: tijdens de Java-oorlog (1825-1830), bij de talrijke expedities in de negentiende eeuw, gedurende de Atjeh-oorlog (1873-1903), tijdens de krijgsgevangenschap (1942-1945) en tijdens de onafhankelijkheidsoorlog (1945-1950) bleek dat de confrontatie met geweld en het zelf moeten toepassen van geweld aanleiding gaf tot zingevingsvragen. In die omstandigheden deden veel militairen, katholiek en niet-katholiek, een beroep op hun geestelijke verzorgers. Die losten hun problemen weliswaar niet op, maar droegen er in hoge mate toe bij dat de betrokken militairen als mens staande konden blijven. De meeste, veelal jonge aalmoezeniers hebben zich snel aan de omstandigheden weten aan te passen. Daardoor zijn zij in staat geweest aan de verwachtingen die de militairen van hen hadden te beantwoorden. Een gevolg daarvan was, dat veel militairen hun aalmoezenier vooral als een zielzorgende kameraad zijn gaan zien. Dat die kameraad in geestelijk én militair opzicht hun meerdere was, heeft daaraan niets afgedaan.Soort: Met illustraties;Taal: Nederlands;Aantal delen: 12;Afmetingen: 250x252x171 mm;Gewicht: 1,15 kg;Verschijningsdatum: maart 2005;Druk: 1;ISBN10: 9055735329;ISBN13: 9789055735327; Nederlandstalig | Hardcover | 2005.
3
9789055735327 - A.J. Donckers: God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950
A.J. Donckers

God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950 (2005)

Lieferung erfolgt aus/von: Niederlande NL HC US

ISBN: 9789055735327 bzw. 9055735329, in Holländisch, Damon, gebundenes Buch, gebraucht.

Lieferung aus: Niederlande, 1 - 8 dagen.
Vincentius Vereniging Breda.
Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens N... Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens Nederlands model - een bescheiden organisatie voor de geestelijke verzorging in de kolonie: er was nu sprake van priesters die als aalmoezeniers een vaste dienstbetrekking bij het leger hadden. In de periode 1946-1950 bestond er in Indië zelfs een volledig uitgebouwde aalmoezeniersorganisatie onder leiding van een - gedelegeerde - hoofdaalmoezenier. Uit talloze publicaties blijkt dat het leger in de periode 1807-1942 en vervolgens in de periode 1945-1949 voor de politiek een instrument vormde dat van cruciaal belang is geweest voor de vestiging en handhaving van het Nederlands gezag in de kolonie. Uitvoerig wordt in de krijgsgeschiedenis verslag gedaan van de expedities en oorlogen tot en met de beide Politionele Acties tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Onze koloniale geschiedenis bestaat dan ook voor een belangrijk deel uit een "histoire de bataille". Een thema waaraan echter tot op heden nauwelijks of geen aandacht is besteed, is de geestelijke verzorging bij het leger in de kolonie. Dit is daarom zo merkwaardig, omdat de soldatenpastoors en later de legeraalmoezeniers ten nauwste verbonden waren met het leger in Indië, eerst alleen met het Koninklijk Nederlands Indisch leger (KNIL) en vanaf 1945 ook met de Koninklijke Landmacht (KL). Zowel door het leger als door de politiek zijn deze priesters om hun inzet voor het welzijn van de militair als mens meermalen geprezen. Ook is vaak onderstreept hoe belangrijk het werk van deze priesters voor het functioneren van het leger als zodanig is geweest. In dit boek staan de aalmoezeniers en het pastoraat centraal. Zichtbaar wordt gemaakt hoe zich vanuit het traditionele territoriale pastoraat een nieuw, categoriaal type van pastoraat ontwikkelde, dat afgestemd was op de behoeften van de doelgroep: de katholieke militairen, levend in een koloniale context. Die context was voor alle betrokkenen bijna continu bedreigend: tijdens de Java-oorlog (1825-1830), bij de talrijke expedities in de negentiende eeuw, gedurende de Atjeh-oorlog (1873-1903), tijdens de krijgsgevangenschap (1942-1945) en tijdens de onafhankelijkheidsoorlog (1945-1950) bleek dat de confrontatie met geweld en het zelf moeten toepassen van geweld aanleiding gaf tot zingevingsvragen. In die omstandigheden deden veel militairen, katholiek en niet-katholiek, een beroep op hun geestelijke verzorgers. Die losten hun problemen weliswaar niet op, maar droegen er in hoge mate toe bij dat de betrokken militairen als mens staande konden blijven. De meeste, veelal jonge aalmoezeniers hebben zich snel aan de omstandigheden weten aan te passen. Daardoor zijn zij in staat geweest aan de verwachtingen die de militairen van hen hadden te beantwoorden. Een gevolg daarvan was, dat veel militairen hun aalmoezenier vooral als een zielzorgende kameraad zijn gaan zien. Dat die kameraad in geestelijk én militair opzicht hun meerdere was, heeft daaraan niets afgedaan.Soort: Met illustraties;Taal: Nederlands;Aantal delen: 12;Afmetingen: 250x252x171 mm;Gewicht: 1,15 kg;Verschijningsdatum: maart 2005;Druk: 1;ISBN10: 9055735329;ISBN13: 9789055735327; Nederlandstalig | Hardcover | 2005.
4
9789055735327 - A.J. Donckers: God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950
A.J. Donckers

God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950 (2005)

Lieferung erfolgt aus/von: Niederlande NL HC US

ISBN: 9789055735327 bzw. 9055735329, in Holländisch, Damon, gebundenes Buch, gebraucht.

Lieferung aus: Niederlande, 1 - 8 dagen.
H. ten Klooster.
Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens N... Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens Nederlands model - een bescheiden organisatie voor de geestelijke verzorging in de kolonie: er was nu sprake van priesters die als aalmoezeniers een vaste dienstbetrekking bij het leger hadden. In de periode 1946-1950 bestond er in Indië zelfs een volledig uitgebouwde aalmoezeniersorganisatie onder leiding van een - gedelegeerde - hoofdaalmoezenier. Uit talloze publicaties blijkt dat het leger in de periode 1807-1942 en vervolgens in de periode 1945-1949 voor de politiek een instrument vormde dat van cruciaal belang is geweest voor de vestiging en handhaving van het Nederlands gezag in de kolonie. Uitvoerig wordt in de krijgsgeschiedenis verslag gedaan van de expedities en oorlogen tot en met de beide Politionele Acties tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Onze koloniale geschiedenis bestaat dan ook voor een belangrijk deel uit een "histoire de bataille". Een thema waaraan echter tot op heden nauwelijks of geen aandacht is besteed, is de geestelijke verzorging bij het leger in de kolonie. Dit is daarom zo merkwaardig, omdat de soldatenpastoors en later de legeraalmoezeniers ten nauwste verbonden waren met het leger in Indië, eerst alleen met het Koninklijk Nederlands Indisch leger (KNIL) en vanaf 1945 ook met de Koninklijke Landmacht (KL). Zowel door het leger als door de politiek zijn deze priesters om hun inzet voor het welzijn van de militair als mens meermalen geprezen. Ook is vaak onderstreept hoe belangrijk het werk van deze priesters voor het functioneren van het leger als zodanig is geweest. In dit boek staan de aalmoezeniers en het pastoraat centraal. Zichtbaar wordt gemaakt hoe zich vanuit het traditionele territoriale pastoraat een nieuw, categoriaal type van pastoraat ontwikkelde, dat afgestemd was op de behoeften van de doelgroep: de katholieke militairen, levend in een koloniale context. Die context was voor alle betrokkenen bijna continu bedreigend: tijdens de Java-oorlog (1825-1830), bij de talrijke expedities in de negentiende eeuw, gedurende de Atjeh-oorlog (1873-1903), tijdens de krijgsgevangenschap (1942-1945) en tijdens de onafhankelijkheidsoorlog (1945-1950) bleek dat de confrontatie met geweld en het zelf moeten toepassen van geweld aanleiding gaf tot zingevingsvragen. In die omstandigheden deden veel militairen, katholiek en niet-katholiek, een beroep op hun geestelijke verzorgers. Die losten hun problemen weliswaar niet op, maar droegen er in hoge mate toe bij dat de betrokken militairen als mens staande konden blijven. De meeste, veelal jonge aalmoezeniers hebben zich snel aan de omstandigheden weten aan te passen. Daardoor zijn zij in staat geweest aan de verwachtingen die de militairen van hen hadden te beantwoorden. Een gevolg daarvan was, dat veel militairen hun aalmoezenier vooral als een zielzorgende kameraad zijn gaan zien. Dat die kameraad in geestelijk én militair opzicht hun meerdere was, heeft daaraan niets afgedaan.Soort: Met illustraties;Taal: Nederlands;Aantal delen: 12;Afmetingen: 250x252x171 mm;Gewicht: 1,15 kg;Verschijningsdatum: maart 2005;Druk: 1;ISBN10: 9055735329;ISBN13: 9789055735327; Nederlandstalig | Hardcover | 2005.
5
9789055735327 - A.J. Donckers: God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950
A.J. Donckers

God Bij Het Leger In De Kolonie, een geschiedenis van het pastoraat als geestelijke verzorging in Nederlands-Indie, 1807-1950 (2005)

Lieferung erfolgt aus/von: Niederlande NL HC US

ISBN: 9789055735327 bzw. 9055735329, in Holländisch, Damon, gebundenes Buch, gebraucht.

Lieferung aus: Niederlande, 1 - 8 dagen.
Onder de Uil.
Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens N... Gedurende de periode 1807-1950 waren er in het leger in de voormalige Nederlandse kolonie priesters werkzaam. Als soldatenpastoor bezochten zij de garnizoenen en de kampementen. Ook begeleidden zij de militairen op expeditie. Daarmee vervulden zij de functie van expeditie-aalmoezenier. Van een gestructureerde geestelijke verzorging bij dit uit 's Heren landen bij elkaar geronselde leger was in de negentiende eeuw echter geen sprake. Pas in het begin van de twintigste eeuw ontstond er - volgens Nederlands model - een bescheiden organisatie voor de geestelijke verzorging in de kolonie: er was nu sprake van priesters die als aalmoezeniers een vaste dienstbetrekking bij het leger hadden. In de periode 1946-1950 bestond er in Indië zelfs een volledig uitgebouwde aalmoezeniersorganisatie onder leiding van een - gedelegeerde - hoofdaalmoezenier. Uit talloze publicaties blijkt dat het leger in de periode 1807-1942 en vervolgens in de periode 1945-1949 voor de politiek een instrument vormde dat van cruciaal belang is geweest voor de vestiging en handhaving van het Nederlands gezag in de kolonie. Uitvoerig wordt in de krijgsgeschiedenis verslag gedaan van de expedities en oorlogen tot en met de beide Politionele Acties tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Onze koloniale geschiedenis bestaat dan ook voor een belangrijk deel uit een "histoire de bataille". Een thema waaraan echter tot op heden nauwelijks of geen aandacht is besteed, is de geestelijke verzorging bij het leger in de kolonie. Dit is daarom zo merkwaardig, omdat de soldatenpastoors en later de legeraalmoezeniers ten nauwste verbonden waren met het leger in Indië, eerst alleen met het Koninklijk Nederlands Indisch leger (KNIL) en vanaf 1945 ook met de Koninklijke Landmacht (KL). Zowel door het leger als door de politiek zijn deze priesters om hun inzet voor het welzijn van de militair als mens meermalen geprezen. Ook is vaak onderstreept hoe belangrijk het werk van deze priesters voor het functioneren van het leger als zodanig is geweest. In dit boek staan de aalmoezeniers en het pastoraat centraal. Zichtbaar wordt gemaakt hoe zich vanuit het traditionele territoriale pastoraat een nieuw, categoriaal type van pastoraat ontwikkelde, dat afgestemd was op de behoeften van de doelgroep: de katholieke militairen, levend in een koloniale context. Die context was voor alle betrokkenen bijna continu bedreigend: tijdens de Java-oorlog (1825-1830), bij de talrijke expedities in de negentiende eeuw, gedurende de Atjeh-oorlog (1873-1903), tijdens de krijgsgevangenschap (1942-1945) en tijdens de onafhankelijkheidsoorlog (1945-1950) bleek dat de confrontatie met geweld en het zelf moeten toepassen van geweld aanleiding gaf tot zingevingsvragen. In die omstandigheden deden veel militairen, katholiek en niet-katholiek, een beroep op hun geestelijke verzorgers. Die losten hun problemen weliswaar niet op, maar droegen er in hoge mate toe bij dat de betrokken militairen als mens staande konden blijven. De meeste, veelal jonge aalmoezeniers hebben zich snel aan de omstandigheden weten aan te passen. Daardoor zijn zij in staat geweest aan de verwachtingen die de militairen van hen hadden te beantwoorden. Een gevolg daarvan was, dat veel militairen hun aalmoezenier vooral als een zielzorgende kameraad zijn gaan zien. Dat die kameraad in geestelijk én militair opzicht hun meerdere was, heeft daaraan niets afgedaan.Soort: Met illustraties;Taal: Nederlands;Aantal delen: 12;Afmetingen: 250x252x171 mm;Gewicht: 1,15 kg;Verschijningsdatum: maart 2005;Druk: 1;ISBN10: 9055735329;ISBN13: 9789055735327; Nederlandstalig | Hardcover | 2005.
6
9789055735327 - God Bij Het Legger In De Kolonie, Een Geschiedenis Van Het Pastoraat Als Geestelijke Verzorging In Nederlands-Indie, 1807-1950

God Bij Het Legger In De Kolonie, Een Geschiedenis Van Het Pastoraat Als Geestelijke Verzorging In Nederlands-Indie, 1807-1950 (1950)

Lieferung erfolgt aus/von: Frankreich ~NL US

ISBN: 9789055735327 bzw. 9055735329, vermutlich in Holländisch, gebraucht.

79,94
unverbindlich
Lieferung aus: Frankreich, plus shipping.
Lade…