Stationsarchitectuur in België, Deel I, 1835-1914
2 Angebote vergleichen

Bester Preis: 37,99 (vom 26.03.2017)
1
H. de Bot

Stationsarchitectuur in Belgi&euml, Deel I, 1835-1914 (2002)

Lieferung erfolgt aus/von: Niederlande NL PB US

ISBN: 9789056220488 bzw. 9056220489, in Holländisch, Brepols Publishers, Taschenbuch, gebraucht.

Lieferung aus: Niederlande, 1 - 8 dagen.
Waddenkust-Boeken.
Hugo De Bot S t ationsarchitectuur in België (1835-1914). 200 p., 297 x 210 mm, 2002, Paperback, ISBN 90-5622-048-9, € 45 incl. BTW In dit boek wordt de Belgische stationsarchitectuur tot de Eerste Wereldoorlog uitvoering beschreven en geïllustreerd weergegeven, door middel van 800 afbeeldingen. Op 5 mei 1835 reed in België de eerste trein tussen Brussel en Mechelen. Het nieuwe koninkrijk België had de eerste spoorwegverbinding op ... Hugo De Bot S t ationsarchitectuur in België (1835-1914). 200 p., 297 x 210 mm, 2002, Paperback, ISBN 90-5622-048-9, € 45 incl. BTW In dit boek wordt de Belgische stationsarchitectuur tot de Eerste Wereldoorlog uitvoering beschreven en geïllustreerd weergegeven, door middel van 800 afbeeldingen. Op 5 mei 1835 reed in België de eerste trein tussen Brussel en Mechelen. Het nieuwe koninkrijk België had de eerste spoorwegverbinding op het Europese vasteland. Acht jaar later had de Belgische Staat 660 km spoorweg aangelegd en waren de doelstellingen van de wet van 1 mei 1834 gerealiseerd. Nadien liet de Staat de aanleg en exploitatie over aan particuliere maatschappijen. Vanaf omstreeks 1870 werden er geen nieuwe concessies meer toegestaan en werden de bestaande geleidelijk teruggekocht. De Staat verleende alleen nog concessies voor de aanleg van nieuwe lijnen. Dit is in een notendop de geschiedenis van de Belgische spoorwegen voor de Eerste Wereldoorlog. Aan diverse aspecten van deze geschiedenis werden allerhande publicaties gewijd. Het materieel van de Staat en particuliere maatschappijen werd door enthousiaste spoorwegamateurs geïnventariseerd en uitvoerig beschreven. Historici beschreven uitgebreid de turbulente periode van de particuliere maatschappijen. Locale onderzoekers vlooiden de archieven uit en leverden een levendig beeld af van het spoorweggebeuren in hun regio. Ook de seininrichting kreeg de nodige belangstelling. Voor dit werk hebben we uiteraard gretig gebruik gemaakt van al deze publicaties. Spoorwegbouwwerken zoals stations, locomotiefloodsen, goederenloodsen, spoorhallen, seinhuizen, wachterwoningen en bruggen kwamen nauwelijks aan bod. Toch vormen zij een belangrijk aspect in de toen vigerende architectuur. In deze publicatie beperkt de auteur zich tot de studie van de stationsgebouwen, of beter gezegd de ontvangstgebouwen. Hiermee wordt een eerste stap gezet in de inventarisatie van het Belgische spoorwegpatrimonium. De voornaamste bron voor deze inventarisatie vormen de prentbriefkaarten. Toeval of niet, maar de bloeiperiode van de spoorwegen viel samen met de opkomst van dit iconografisch genre. Nagenoeg iedere straat in ieder dorp werd in het begin van de eeuw op de gevoelige plaat vastgelegd. Door voortdurend vergelijken van dit beeldmateriaal stelde de auteur een typologie op van de stations van de Staatsspoorwegen en de particuliere maatschappijen. Aan de hand van dit iconografisch materiaal beschrijft hij bovendien de evolutie van de architectuur van de 19 de eeuw en van de eerste jaren van de 20 ste eeuw. Également disponible en français: Hugo De Bot L’architecture des gares en Belgique (1835-1914). 200 p., 297 x 210 mm, 2002, Paperback, ISBN 2-503-52161-4, € 45 incl. BTWTaal: Nederlands;Afmetingen: 16x213x299 mm;Gewicht: 911,00 gram;Verschijningsdatum: oktober 2002;Druk: 1;ISBN10: 9056220489;ISBN13: 9789056220488; Nederlandstalig | Paperback | 2002.
2
H. de Bot

Stationsarchitectuur in Belgi&euml, Deel I, 1835-1914 (2002)

Lieferung erfolgt aus/von: Niederlande NL PB US

ISBN: 9789056220488 bzw. 9056220489, in Holländisch, Brepols Publishers, Taschenbuch, gebraucht.

Lieferung aus: Niederlande, 1 - 8 dagen.
BeterKoop.
Hugo De Bot S t ationsarchitectuur in België (1835-1914). 200 p., 297 x 210 mm, 2002, Paperback, ISBN 90-5622-048-9, € 45 incl. BTW In dit boek wordt de Belgische stationsarchitectuur tot de Eerste Wereldoorlog uitvoering beschreven en geïllustreerd weergegeven, door middel van 800 afbeeldingen. Op 5 mei 1835 reed in België de eerste trein tussen Brussel en Mechelen. Het nieuwe koninkrijk België had de eerste spoorwegverbinding op ... Hugo De Bot S t ationsarchitectuur in België (1835-1914). 200 p., 297 x 210 mm, 2002, Paperback, ISBN 90-5622-048-9, € 45 incl. BTW In dit boek wordt de Belgische stationsarchitectuur tot de Eerste Wereldoorlog uitvoering beschreven en geïllustreerd weergegeven, door middel van 800 afbeeldingen. Op 5 mei 1835 reed in België de eerste trein tussen Brussel en Mechelen. Het nieuwe koninkrijk België had de eerste spoorwegverbinding op het Europese vasteland. Acht jaar later had de Belgische Staat 660 km spoorweg aangelegd en waren de doelstellingen van de wet van 1 mei 1834 gerealiseerd. Nadien liet de Staat de aanleg en exploitatie over aan particuliere maatschappijen. Vanaf omstreeks 1870 werden er geen nieuwe concessies meer toegestaan en werden de bestaande geleidelijk teruggekocht. De Staat verleende alleen nog concessies voor de aanleg van nieuwe lijnen. Dit is in een notendop de geschiedenis van de Belgische spoorwegen voor de Eerste Wereldoorlog. Aan diverse aspecten van deze geschiedenis werden allerhande publicaties gewijd. Het materieel van de Staat en particuliere maatschappijen werd door enthousiaste spoorwegamateurs geïnventariseerd en uitvoerig beschreven. Historici beschreven uitgebreid de turbulente periode van de particuliere maatschappijen. Locale onderzoekers vlooiden de archieven uit en leverden een levendig beeld af van het spoorweggebeuren in hun regio. Ook de seininrichting kreeg de nodige belangstelling. Voor dit werk hebben we uiteraard gretig gebruik gemaakt van al deze publicaties. Spoorwegbouwwerken zoals stations, locomotiefloodsen, goederenloodsen, spoorhallen, seinhuizen, wachterwoningen en bruggen kwamen nauwelijks aan bod. Toch vormen zij een belangrijk aspect in de toen vigerende architectuur. In deze publicatie beperkt de auteur zich tot de studie van de stationsgebouwen, of beter gezegd de ontvangstgebouwen. Hiermee wordt een eerste stap gezet in de inventarisatie van het Belgische spoorwegpatrimonium. De voornaamste bron voor deze inventarisatie vormen de prentbriefkaarten. Toeval of niet, maar de bloeiperiode van de spoorwegen viel samen met de opkomst van dit iconografisch genre. Nagenoeg iedere straat in ieder dorp werd in het begin van de eeuw op de gevoelige plaat vastgelegd. Door voortdurend vergelijken van dit beeldmateriaal stelde de auteur een typologie op van de stations van de Staatsspoorwegen en de particuliere maatschappijen. Aan de hand van dit iconografisch materiaal beschrijft hij bovendien de evolutie van de architectuur van de 19 de eeuw en van de eerste jaren van de 20 ste eeuw. Également disponible en français: Hugo De Bot L’architecture des gares en Belgique (1835-1914). 200 p., 297 x 210 mm, 2002, Paperback, ISBN 2-503-52161-4, € 45 incl. BTWTaal: Nederlands;Afmetingen: 16x213x299 mm;Gewicht: 911,00 gram;Verschijningsdatum: oktober 2002;Druk: 1;ISBN10: 9056220489;ISBN13: 9789056220488; Nederlandstalig | Paperback | 2002.
Lade…